De kerk is talrijk en divers


In mijn vorige blog
144.000
Waarom denk ik dit? Onder andere omdat hier hetzelfde literaire trucje wordt gebruikt als in hoofdstuk 5; daar hoort Johannes over een leeuw en vervolgens ziet hij een lam. Het gaat in beide gevallen natuurlijk om dezelfde persoon, Jezus. Hier in Openbaring 7 hoort Johannes over een groep van 144.000 mensen en vervolgens ziet hij een ontelbare menigte. Het gaat over dezelfde groep, de dienaren van God (vers 3), de volgelingen van het Lam.
Nog een derde maal zal Johannes schrijven dat hij iets hoorde en daarna iets zag: in 21:9 hoort hij over de bruid, ‘de vrouw van het lam’. Daarna ziet hij ‘de heilige stad Jeruzalem’ (21:10). Beide aanduidingen verwijzen opnieuw naar de christelijke gemeente.
Enerzijds worden deze mensen dus beschreven als Joden, wat in de tijd van Johannes overigens nog werkelijk gold voor de meerderheid van de christenen. De gelovigen uit de heidenen zijn ingelijfd bij het volk van God. Het getal 144.000, dat is 12 maal 12 maal 10 maal 10 maal 10, nemen we symbolisch. Het wijst op een heel grote complete groep (12 is 3 maal 4, de getallen van hemel en aarde.) Het getal wijst bovendien op een kubus, de vorm van het altaar in de tempel onder het oude verbond (1 Koningen 6:20).
Ontelbaar
Anderzijds is de manier waarop Johannes hen ziet in vers 9 geweldig: ze zijn ontelbaar en ze komen ‘uit alle landen en volken, van elke stam en taal’. Als je bedenkt dat Johannes best grote getallen kent (5:11), is het veelzeggend dat hij nu het woord ontelbaar gebruikt om te beschrijven wat hij ziet. De volgelingen van Jezus zullen ongelooflijk talrijk worden! Dit is een geweldige belofte over de groei van de christelijke gemeente, die in Johannes’ tijd nog goed te tellen was. Het is ook de vervulling van Gods belofte aan Abram dat zijn nageslacht ontelbaar zou worden (Genesis 13:16; 15:5).
Inclusief
Maar de inclusiviteit van de menigte is al even adembenemend. Johannes ziet dat mensen uit alle landen, volken, stammen en talen van de wereld samen de kerk zijn. Gods genade zal niet langer worden begrensd door beperkingen van ras, cultuur en taal. Ik zal nooit vergeten hoe Openbaring 7:9 werd voorgelezen op een bijeenkomst over de bijdrage van Afrikaanse christenen aan de kerk in het westen. In onze tijd wordt deze belofte werkelijkheid.
Het visioen zegt dus dat de christelijke gemeente exponentieel zal groeien en multinationaal worden. Het was een geweldige belofte voor de kleine gemeenten in de eerste eeuw. Voor ons is de diversiteit van de kerk een blijvend ideaal en uitdaging.
Dr. Pieter J. Lalleman




