Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap
23 maart 2024Piet van Midden

Poeriem: Joods carnaval

Wat is de Bijbelse achtergrond van de joodse feesten, en wat voor betekenis hebben ze in onze tijd? Piet van Midden legt het in deze serie uit.

De Hebreeuwse Bijbel heeft vijf feestrollen: Hooglied, Ruth, Klaagliederen, Prediker en Ester. De boekrol van Ester wordt gelezen op Poeriem, het meest laagdrempelige feest dat de Joodse gemeenschap kent. Oergezellig is het. Veel kinderen zijn verkleed. Er wordt wel van Joods carnaval gesproken.

Toch is de aanleiding van dit feest allesbehalve grappig. Er hing een zwaard van Damocles boven de Joden: de totale vernietiging. Industrieel uitgedacht door ene Haman. De Endlösung der Judenfrage, deze keer niet in het Europa van de twintigste eeuw, maar tegen de achtergrond van het Perzische rijk, eeuwen voordat onze jaartelling begint. Het was er bijna van gekomen. Het lot was al geworpen om een datum te bepalen: de 14e Adar. Vandaar de naam Poeriem, ‘loten’ betekent dat.

Schuilnamen

We keren weer terug naar de boekrol van Ester. ‘Ester’, ‘Ster’ is een schuilnaam. Je kunt er ook de naam van Isjtar in terug horen, de Mesopotamische godin van strijd en seksualiteit. Niemand die in Perzië bij ‘Ester’ aan een Jodin denkt. Haar ‘echte’ naam is Hadassa. ‘Mirte’ betekent dat. Ze is weeskind en haar neef Mordechai heeft haar in huis genomen. Hij is een nakomeling van koning Saul. ‘Mordechai’ is trouwens ook al geen Joodse naam. De benaming verwijst naar Mardoek, een Babylonische oppergod. Geen Jood die voor zo’n naam zal kiezen, behalve dan als je vooral niet als Jood door het leven wilt gaan. Dat blijkt in het verdere verloop van het verhaal inderdaad het geval.

Leesplan Ester

Het boek leest soms als een sprookje: een onmetelijk rijke koning, een jong meisje, een wijze raadgever en een hatelijke schurk. God komt in het boek niet voor – of toch wel? Schrijf je in en ontdek de diepere laag in dit spannende verhaal.

Koning zoekt bruid

Door een echtelijke ruzie aan het hof komen Ester en Mordechai ineens in aanraking met het centrum van de macht van het Perzische rijk. Koningin Wasti wordt verbannen omdat ze niet van plan is als danseres een koninklijk feestje op te luisteren. In een grootschalig ‘Koning Zoekt Bruid-programma’ wordt het rijk nagespeurd op mooie meisjes die na een nachtje Ahasveros allen in een vrouwenhuis hun leven mogen slijten. Wat Mordechai vreest, gebeurt: Ester wordt opgepakt en belandt in de schoonheidssalon van Ahasveros. En in het bed van de koning. Tussen al dat vrouwelijk schoon weet Ester zijn hart te veroveren.

Amalek: niet zomaar een volk

Het zou een romantisch slot kunnen zijn: ze leefden lang en gelukkig. Maar het pakt anders uit. Haman wordt door Ahasveros op een belangrijke post gezet. Iedereen buigt voor hem als hij passeert. Behalve Mordechai, uiteraard. Joden buigen niet, alleen voor hun God. En al helemaal niet voor Haman, een nakomeling van Agag, die we in 1 Samuel 15 tegenkomen als ‘koning van Amalek’. Dat zegt genoeg. Amalek is in de Bijbel niet zomaar een volk, het is vleesgeworden Jodenhaat. Dat begint al in Exodus 17, wanneer het volk van Israël nog maar net uit Egypte ontsnapt is (Exodus 17:8; Deuteronomium 25:17-19) en gaat door tot in de tijd van David. Haman is dan ook maar met één ding bezig: het Perzische rijk van Joden te ontdoen. Waar hebben we dat nog meer gezien?!

Niet voor niets

Dat Haman zijn plannen niet kan uitvoeren, is te danken aan het moedige handelen van Ester en Mordechai. Anders dan hun voorouder Saul rekenen zij wel af met deze dreiging voor het voortbestaan van het Joodse volk. Dit is de kern van het boekje: Ester is niet voor niets koningin geworden, zegt Mordechai. En na enig tegenstribbelen is Ester overtuigd. ‘Moet ik omkomen, dan zal ik omkomen’ is haar devies.

Alles gaat nu razendsnel. Haman wordt opgehangen, de Joden worden aangevallen maar verweren zich met succes tegen hun haters. Het bloed van de tegenstanders van de joden vloeit rijkelijk. Voor huidige lezers is het slot van het boek daarom niet per se makkelijk te verteren. Maar tegen de achtergrond van eeuwen van onderdrukking en dreigende vernietiging – toen al, en nu niet minder – is de carnavalsvreugde waartoe alle omkeringen in verhaal leiden goed te begrijpen.

Haman? Nu even niet

In 2024 valt Poeriem op Palmzondag, 14 Adar op de Joodse kalender. Allereerst melden we ons in de synagoge met een tsedaqa, een gift voor de armen. Want feestvieren en niet om de armen geven, gaat niet samen. Verklede kinderen rennen door de zaal. Ze hebben een eigen programma, dat bepaald levendig genoemd kan worden. Voor de volwassenen wordt de Ester-rol gelezen. Dat gaat in een hoog tempo. De aanwezigen zijn gewapend met een ratel of andere lawaai makende instrumenten. Elke keer als de naam Haman valt, wordt er gerateld of iets geroepen. Op die manier wordt Haman verdreven. De kunst is er niet één te missen. Verder wordt er veel gepraat en wordt er gezamenlijk gegeten. Niets is te gek. En Haman? Of Hamas? Die zijn vandaag even weg. We drinken nog een glas, net zo lang dat we het verschil niet meer weten tussen ‘Gezegend zij Mordechai’ en ‘Vervloekt zij Haman.’

Piet van Midden Piet van Midden is PKN-predikant, oudtestamenticus en vader van een Joods gezin.

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.24.4
Volg ons