Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

Wat hebben de doortastende Judit, de badderende Susanna, de biddende Ester en een naamloze weduwe gemeen? Over deze vier vrouwen lezen we in de deuterocanonieke boeken. Moedige vrouwen komen ook voor in de canonieke boeken, bijvoorbeeld de moeder en de zus van Mozes, of Debora. Maar de genoemde vier vrouwen spelen een ongewoon prominente rol in deuterocanonieke verhalen. Ze krijgen allemaal te maken met levensbedreigende tegenstand. Allemaal treden ze die met buitengewone moed tegemoet. 

Natuurlijk zijn er onderlinge verschillen tussen de verhalen. Susanna valt niet ten prooi aan buitenlandse machthebbers, maar wordt juist bedreigd door mannen uit de inner circle van het Joodse religieuze establishment. Judit en Ester triomferen over hun vijanden. Susanna wordt gered van de doodstraf. En de naamloze weduwe moet aanzien hoe haar zonen één voor één op gruwelijke wijze worden vermoord, voordat zij uiteindelijk zelf de dood vindt. Maar de overeenkomsten tussen de verhalen over hen zijn te opvallend om toevallig te zijn. 

Wat bewoog de schrijvers van deze teksten om hun boodschap via het verhaal van een vrouw voor het voetlicht te brengen? Het antwoord ligt volgens mij in de ervaring van onderdrukking door steeds weer nieuwe buitenlandse machthebbers, waar Israël op dat moment al eeuwen onder gebukt ging. Juist vrouwen – die destijds in de collectieve verbeelding eerder geassocieerd werden met zwakheid, verleiding en zonde (denk maar aan de waarschuwingen in Spreuken 5 en Wijsheid 25) – leven in die situatie voor hoe trouw aan de wet en vertrouwen op God uiteindelijk leiden tot overwinning. Soms een concrete overwinning die eindigt met de dood van de vijand (Ester, Judit, Susanna), soms een morele overwinning die anderen ten voorbeeld strekt. 

Alle vier de verhalen trekken dikke scheidslijnen tussen wie wel en wie niet bij Israël horen. Het eigene/Israëlitische komt tegenover het vreemde te staan, net als de (schijnbaar) zwakkere vrouw tegenover de (schijnbaar) sterkere man(nen). Het vrouwelijk lichaam – als seksueel object of symbool van moederschap – dient daarbij als canvas. Holofernes verheugt zich op een tête-à-tête met de aantrekkelijke Judit, die hij graag net zo zou onderwerpen als hij dat met het grootste deel van haar land heeft gedaan, maar hij verliest daarbij letterlijk zijn hoofd (Judit 12:11-12; 13:6-8). De subtiele manier waarop de auteur van de Hebreeuwse versie van Ester onderscheid aanbrengt tussen de Israëlieten en hun vijanden, maakt in het gebed van Ester in de Griekse versie plaats voor meer expliciet taalgebruik: Ester vergelijkt haar Perzische koninklijke outfit met een menstruatiedoek, voor de mannelijke auteur vermoedelijk het toppunt van walging (Ester [Grieks] 4:27). Bij Susanna zijn het seksuele verlangen van de onrechtvaardige rechters én de handelingen waartoe dat verlangen leidt de steen des aanstoots. Hun seksuele begeerte brengt hen uiteindelijk ten val en legt bloot dat zij eerder bij de wetteloze Babyloniërs horen dan bij het Joodse volk (Daniël [Grieks] 2:5). De scheidslijn tussen wie wel en wie niet bij Israël hoort, wordt op een onverwachte plek getrokken, waarbij het gedrag van én tegenover een vrouw als lakmoesproef dient. En het felle contrast tussen de moeder in 2 Makkabeeën, die haar zeven stervende zonen aanmoedigt om vast te houden aan hun geloof, en het buitengewoon wrede gedrag van koning Antiochus en zijn beulen, onderstreept dat het Joodse verzet tegen deze onderdrukker legitiem is. 

Stuk voor stuk belichamen deze vier vrouwen de overtuiging dat de vrome aanhouder wint, ook al bevindt die zich in een even precaire situatie als de inwoners van Judea in de ontstaanstijd van de deuterocanonieke boeken. Een situatie die verbeeld wordt door de ervaring van vrouwen. Niet het zwakke geslacht, wel het meest kwetsbare. Als het deze vrouwen lukt om door moed, vindingrijkheid en vertrouwen op God de verhoudingen om te draaien, dan moet het de (vooral mannelijke) lezers toch zeker ook lukken? 

Dr. Anne-Mareike Schol-Wetter is Hoofd Bijbelgebruik bij het NBG. Ze bestudeerde tijdens haar promotieonderzoek de identiteit van Israël in de boeken Ruth, Ester en Judit.

Bronvermelding

Anne-Mareike Schol-Wetter, ‘Vier vrouwen’ in: Met Andere Woorden 44/2 (oktober 2025), 30-31.

Vakblad Met andere woorden

Met Andere woorden is hét tijdschrift dat je up-to-date houdt over het vertalen van de Bijbel. Ook biedt Met Andere Woorden inspirerende artikelen op het snijvlak van vertalen en Bijbeluitleg.

Lees meer

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.38.0
Volg ons