Het Nieuwe Testament en het ‘Oude Weten’: een Joodse reflectie
Bij het bestuderen van de Tenach – de Joodse Bijbel – zien wij, Joden, behalve letterlijke tekst ook traditie. Die traditie telt verschillende lagen. Ik noem haar weleens ‘het Oude Weten’. Dit Oude Weten helpt ons de tekst van de Tenach beter te begrijpen en daardoor te aanvaarden. De traditie is als het ware de sleutel die toegang geeft tot de Tenach. Die sleutel past ook, maar moeilijker, op het Nieuwe Testament (NT). Dat komt doordat de verhalen in de Joodse Bijbel veelal anders van aard zijn dan die in het NT.
Veel van de verhalen in de Tenach zijn mythisch en mysterieus; ze illustreren dat God er de hand in gehad moet hebben. Veel verhalen in het NT daarentegen lijken minder onverklaarbaar en meer het karakter van opgetekende geschiedenis te hebben. Denk aan de vier evangeliën over het leven van Jezus, het verslag van het optreden van de apostelen, en de vele brieven van Paulus aan de christelijke gemeenschappen.
Door de verhalen uit het NT naar onze concrete wereld te trekken, worden ze nogal feitelijk van karakter, krijgen ze een plaats en tijd in de geschiedenis en worden ze grotendeels ontdaan van een goddelijk karakter. Maar daardoor wordt het erg moeilijk om het NT te lezen in de traditie waarin veel Joden hun Bijbel lezen, en om de diepere lagen ervan – het Oude Weten – te ontdekken en de essentie ervan te zien en te ervaren. In het christendom zijn velen de evangeliën vooral als historische gebeurtenissen gaan zien. Dit heeft helaas verwarring en polarisatie veroorzaakt tussen christenen en Joden.
Vanuit de Joodse traditie zou ik willen zeggen: als we de nieuwtestamentische verhalen kunnen zien als afkomstig uit hogere sferen, als verhalen in de ware zin van het woord – verhalen met een diepe, goddelijke betekenis in plaats van als geschiedenis – dan kunnen sommige theologische problemen kleiner worden. Dan kan wellicht blijken dat het NT niet in tegenspraak is met, maar een vervolg is op de Hebreeuwse Bijbel. Dan kan het NT mogelijk worden gelezen vanuit eenzelfde benadering als waarmee veel Joden hun Bijbel lezen.
De toelichtingen in Het Nieuwe Testament met Joodse toelichtingen slaan een brug die hopelijk zal bijdragen aan begrip tussen christendom en Jodendom. Dat begrip zal wellicht de afstandelijkheid tussen beide religies zodanig verkleinen dat meer Joden minder afstandelijk naar het NT zullen kijken en het ook zullen gaan bestuderen.
Marianne van Praag is rabbijn van de Liberaal-Joodse Gemeente in Den Haag. Zij dankt Sjef Laenen (1936-2020) voor inzichten die haar inspireerden bij het schrijven van deze column.
Bronvermelding
Marianne van Praag, 'Het Nieuwe Testament en het ‘Oude Weten’: een Joodse reflectie' in: Met Andere Woorden 44/1 (mei 2025), 24-25.
Afbeelding: Het NTJT werd op 13 november 2024 uitgereikt aan (v.l.n.r.) NBG- directeur Rieuwerd Buitenwerf, classispredikant Klaas van der Kamp, rabbijn Awraham Soetendorp, rabbijn Marianne van Praag, redacteur Amy-Jill Levine, mgr. Herman Woorts en NBG-uitgever Stefan van Dijk. Foto: NBG/Willem Jan de Bruin.
Vakblad Met andere woorden
Met Andere woorden is hét tijdschrift dat je up-to-date houdt over het vertalen van de Bijbel. Ook biedt Met Andere Woorden inspirerende artikelen op het snijvlak van vertalen en Bijbeluitleg.
