Derde antwoord van Job aan Bildad
Job vindt Bildad dom
1Toen zei Job tegen Bildad:
2‘Met zulke woorden help je zwakke mensen echt niet!
Zo geef je geen steun aan mensen zonder macht.
3Met al die woorden help je domme mensen niet.
4Wie heeft je geleerd om zo te praten?
Hoe kom je aan al die wijsheid?
God is machtiger dan mensen denken
5De doden hebben grote eerbied voor God,
in het land van de dood beeft iedereen voor hem.
6God ziet alles wat daar gebeurt,
er is niets dat voor hem verborgen blijft.
7Hij heeft de hoge hemel gemaakt,
toen er verder nog niets was.
Onder de hemel zette hij de aarde vast,
en onder de aarde is helemaal niets meer.
8Hij vult de wolken met water.
Ze worden zwaar, maar scheuren niet.
9God verbergt zijn troon achter de wolken,
zodat niemand die kan zien.
10Hij maakt een grens tussen het water en de lucht.
Daarboven is het licht,
en daaronder begint de duisternis.
11De woede van God laat de hemel schudden.
12-13God is sterk, hij kan de golven rustig maken.
Met zijn adem blaast hij de hemel schoon.
En hij is wijs, hij doodde het monster in de zee.
Hij stak zijn zwaard in dat gevaarlijke beest.
14God kan nog meer, veel meer!
We weten maar een klein beetje van hem.
Zijn macht is oneindig groot!’