Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

Alle Bijbelteksten uit de kroningsdienst van Charles III

Op zaterdag 6 mei 2023 om 12:00 uur (Nederlandse tijd) begint de kroningsdienst van koning Charles III. Tijdens deze kerkdienst klinken gebeden, liederen en teksten uit de Bijbel. Hieronder staan alle teksten uit de Bijbel die gezongen of voorgelezen worden tijdens de kroning in de Westminster Abbey.

De complete liturgie in het Engels is hier te vinden.

Groet, inleiding en erkenning

Een jong koorlid verwelkomt de koning namens de koning der koningen. In zijn antwoord echoot Charles de woorden van Jezus uit Matteüs 20:28.

‘zoals de Mensenzoon niet gekomen is om gediend te worden, maar om te dienen en zijn leven te geven als losgeld voor velen.’

Matteüs 20:28

Met deze woorden zet Charles de toon van zijn koningschap: hij wil een koning zijn die de Heer navolgt en in liefde de mensen dient.

Na een stil gebed neemt de aartsbisschop de leiding en groet de aanwezigen met de bekende woorden uit 2 Korintiërs 13:13:

De genade van de Heer Jezus Christus, de liefde van God en de eenheid met de heilige Geest zij met u allen.

2 Korintiërs 13:13

Omdat het paastijd is, herinnert de aartsbisschop de luisteraars eraan dat Christus is opgestaan, halleluja! Daarna spreekt hij inleidende woorden.

In het volgende onderdeel van de dienst krijgt Charles vanuit alle vier de windrichtingen erkenning van de aanwezigen dat hij de rechtmatige koning is.

Presentatie van de Bijbel en eedaflegging

De kerk overhandigt nu de Bijbel aan Charles. Het woord van God staat boven alle menselijke wetten. Dat de koning het geschenk accepteert betekent dat hij het gezag ervan erkent en aanvaardt dat er geen enkele poging van menselijke autoriteiten mag zijn om het terzijde te schuiven. Omdat het woord 'levend' is, moet het worden bestudeerd, zodat de woorden in het leven van de koning kunnen spreken. De presentatie ervan voor een van de regalia herinnert ons er allemaal aan, evenals de koning, dat hij geroepen is om met een goed geweten ten overstaan van God te regeren.

Met deze presentatie wil de kerk eraan herinneren dat zorgvuldige en biddende aandacht voor de Bijbel de kern vormt van de christelijke eredienst en vroomheid, en ook de historische basis is van veel aspecten van de Britse cultuur en moraal.

Het exemplaar van de King James Bijbel dat Charles krijgt aangeboden is speciaal voor deze gelegenheid gemaakt. Het is met de hand gebonden in rood leer met goudkleurige versieren.

De formele presentatie van de Bijbel aan de vorst vond voor het eerst plaats tijdens de gezamenlijke kroning van de Nederlandse Willem III en zijn vrouw Mary II in 1689.

Koning Charles legt de eed af met zijn hand op deze Bijbel. Hij zweert niet alleen de grondrechten van zijn onderdanen te beschermen, maar ook het protestantse geloof en de Church of England te handhaven. Op verzoek van Charles is ook toegevoegd dat hij zich in zal zetten voor omstandigheden waarin mensen van alle religies en levensovertuigingen vrij kunnen leven.

Persoonlijk gebed van Charles III

Na de hymne Prevent us, O Lord spreekt Charles een zeer persoonlijk gebed uit. Dit gebed is geïnspireerd door verschillende teksten uit de Bijbel. Het dienen van anderen, de vrijheid en de vriendelijkheid zijn gebaseerd op Galaten 5:

Christus heeft ons bevrijd opdat wij in vrijheid zouden leven; houd dus stand en laat u niet opnieuw een slavenjuk opleggen. 

Galaten 5:1

Broeders en zusters, u bent geroepen om vrij te zijn. Misbruik die vrijheid niet om uw aardse begeerten vrij spel te geven, maar dien elkaar in liefde, want de hele wet is vervuld in één uitspraak: ‘Heb uw naaste lief als uzelf.’

Galaten 5: 13-14

Maar de vrucht van de Geest is liefde, vreugde en vrede, geduld, vriendelijkheid en goedheid, geloof, zachtmoedigheid en zelfbeheersing. Er is geen wet die daar iets tegen heeft.

Galaten 5:22-23

De 'paden van vrede' zijn ontleend aan Spreuken 3:17:

De wegen van de wijsheid zijn lieflijk,
al haar paden vredig.

Spreuken 3:17

De eerste lezing (Kolossenzen 1:9-17)

Na het Gloria en een kort gebed ('Lord, enthroned in heavenly splendour') volgt de eerste lezing. De brief aan de Kolossenzen verkondigt de liefdevolle heerschappij van Christus over alle mensen en alle dingen. Jezus Christus is het beeld (icoon) van de onzichtbare God. Door Jezus' onderwijs en voorbeeld kunnen we de liefde en waarheid van God ontdekken.

De lezing is vandaag tegelijk een gebed voor de koning.

Daarom bidden wij onophoudelijk voor u, vanaf de dag dat we dat gehoord hebben. We vragen dat u Gods wil ten volle mag leren kennen door de wijsheid en het inzicht die zijn Geest u schenkt. Dan zult u leven zoals het past tegenover de Heer, Hem volkomen welgevallig. U zult vrucht dragen door al het goede dat u doet, uw kennis van God zal groeien en u zult door zijn luisterrijke macht de kracht ontvangen om alles vol te houden en alles te verdragen.
Breng dus met vreugde dank aan de Vader. Hij stelt u in staat om te delen in de erfenis die alle heiligen wacht in het licht. Hij heeft ons gered uit de macht van de duisternis en ons overgebracht naar het rijk van zijn geliefde Zoon, die ons de verlossing heeft gebracht, de vergeving van onze zonden.
Beeld van God, de onzichtbare, is Hij,
eerstgeborene van heel de schepping:
in Hem is alles geschapen,
alles in de hemel en alles op aarde,
het zichtbare en het onzichtbare,
vorsten en heersers, machten en krachten,
alles is door Hem en voor Hem geschapen.
Hij bestaat vóór alles en alles bestaat in Hem.

Kolossenzen 1:9-17

De tweede lezing (Lucas 4:16-21)

Het Halleluja is ontleend aan Psalm 47:

Klap in de handen, o volken,
juich God toe met jubelzang:
geducht is de HEER, de Allerhoogste,
machtige koning van heel de aarde.

Psalm 47:2-3

Het evangeliarium (evangelieboek) dat in deze dienst aanwezig is, is heel bijzonder. Het werd door Augustinus van Canterbury in 597 naar Engeland gebracht vanuit Rome, waar hij het van de paus had ontvangen. De lezing zelf is echter uit de Engelse vertaling van het Evangelie volgens Lucas.

Deze lezing uit Lucas is zijn verslag over Jezus' eerste optreden tijdens een eredienst in de synagoge. Een synagoge is een plaats waar Joden samenkomen voor hun eredienst - ook tegenwoordig. Deze verwijzing naar de Joodse godsdienst hoort bij de nadruk die koning Charles wil leggen op de plaats van verschillende godsdiensten in zijn koninkrijk.

Jezus was een trouwe Jood. Lucas vertelt dat Hij voorleest uit de profeet Jesaja. Jezus past de woorden van de tekst op zichzelf toe. Deze woorden zijn kenmerkend voor wat christenen verstaan onder het koninkrijk van God: genezing, vrijheid, gerechtigheid en vrede.

In dit gedeelte gaat het ook over zalving. Dit verwijst naar het meest plechtige onderdeel in deze kroningsdienst, wanneer de koning zelf zal worden gezalfd.

Hij kwam ook in Nazaret, waar Hij was opgegroeid, en volgens zijn gewoonte ging Hij op sabbat naar de synagoge. Toen Hij opstond om voor te lezen, werd Hem de boekrol van de profeet Jesaja overhandigd, en Hij rolde hem af tot de plaats waar geschreven staat:
‘De Geest van de Heer rust op Mij,
want Hij heeft Mij gezalfd.
Om aan armen het goede nieuws te brengen
heeft Hij Mij gezonden,
om aan gevangenen hun vrijlating bekend te maken
en aan blinden het herstel van hun zicht,
om onderdrukten hun vrijheid te geven,
om een genadejaar van de Heer uit te roepen.’
Hij rolde de boekrol op, gaf hem terug aan de dienaar en ging weer zitten; de ogen van alle aanwezigen in de synagoge waren op Hem gericht. Hij zei tegen hen: ‘Vandaag is de schrifttekst die jullie gehoord hebben in vervulling gegaan.’ 

Lukas 4:16-21

Hierna volgt weer een Halleluja, dit keer ontleend aan Psalm 47:7-8.

Zing voor God, zing een lied,
zing voor onze koning, zing Hem een lied:
God is koning van heel de aarde.
Zing een feestelijk lied.

Psalm 47:7-8

Dankzegging voor de olie en de zalving

Na de preek en het Veni creator spreekt de aartsbisschop de dankzegging uit voor de olie. De olie is gemaakt met olijven die zijn geoogst uit twee olijfgaarden op de Olijfberg in Jeruzalem, vlak bij het graf van Charles' oma van moederskant. De olijven zijn net buiten Betlehem geperst. De olie is vervolgens geparfumeerd. Deze herkomst symboliseert het verband tussen (het koningschap in) het oude Israël en Charles' koningschap. In het gebed wordt hieraan ook herinnerd. Het 'koninklijke priesterschap' is ontleend aan 1 Petrus en verbreedt het koningschap naar alle mensen.

Maar u bent een uitverkoren geslacht, een koninkrijk van priesters, een heilige natie, een volk dat God zich verworven heeft om de grote daden te verkondigen van Hem die u uit de duisternis heeft geroepen naar zijn wonderbaarlijke licht. 

1 Petrus 2:9

Tijdens de zalving zingt het koor Zadok the priest van G.F. Händel. Deze tekst verwijst naar de zalving van koning Salomo:

De priester Sadok, de profeet Natan en Benaja met de Keretieten en Peletieten begeleidden Salomo, die op het muildier van koning David reed, naar de Gichonbron. De priester Sadok nam de hoorn met olie, die hij uit het heiligdom had meegenomen, en zalfde Salomo. Toen werd er op de ramshoorn geblazen en iedereen riep: ‘Leve koning Salomo!’ 40De hele menigte volgde hem terug naar het paleis. Ze bliezen op schalmeien en juichten zo luid, dat de aarde ervan dreunde.

1 Koningen 1:38-40

Presentatie van de regalia

Tijdens de presentatie van de regalia (de koninklijke sporen, zwaarden en dergelijke) zingt het koor uit de Griekse vertaling van Psalm 72. Dit is een verwijzing naar de Griekse voorouders van Charles in vaderlijke lijn.

Geef, o God, uw wetten aan de koning,
uw gerechtigheid aan de koningszoon.
Moge hij uw volk rechtvaardig besturen,
uw arme volk naar recht en wet.

Psalm 72:1-2

Moge hij recht doen aan de zwakken,
redding bieden aan de armen,
maar de onderdrukker neerslaan.
Moge hij leven zolang de zon bestaat,
zolang de maan zal schijnen,
van geslacht op geslacht.

Psalm 72:4-5

Moge in zijn dagen de rechtvaardige bloeien,
de vrede wereldwijd zijn tot de maan niet meer bestaat.

Psalm 72:7

Na de kroning

Nadat Charles is gekroond, spreekt de aartsbisschop de bekende priesterzegen uit.

“Moge de HEER u zegenen en u beschermen,
moge de HEER het licht van zijn gelaat over u doen schijnen en u genadig zijn,
moge de HEER u zijn gelaat toewenden en u vrede geven.”

Numeri 6:24-26

Na zegenspreuken van andere geestelijke leiders, volgt een hymne ('O Lord, grant') met tekst uit Psalm 61.

Voeg dagen toe aan de dagen van de koning,
dat zijn jaren duren van geslacht op geslacht.
Wil zijn troon altijd beschermen, God,
laten trouw en liefde over hem waken.
Dan zal ik uw naam voor altijd bezingen,
en mijn geloften volbrengen, dag na dag.

Psalm 61:7-9

De intronisatie

Charles neemt plaats op de troon en men zweert trouw aan hem. Daarna klinkt een hymne ('Be strong') met tekst uit 1 Koningen 2.

...Wees sterk en laat zien dat je een man bent. Houd je aan je verplichtingen tegenover de HEER, je God: gehoorzaam Hem en neem zijn bepalingen, geboden, rechtsregels en voorschriften in acht, zoals die zijn vastgelegd in de wetten van Mozes. Dan zul je slagen in alles wat je doet en onderneemt...

1 Koningen 2:2-3

Dan wordt koningin Camilla gezalfd, gekroond en geïntroniseerd. Als zij naast Charles plaatsneemt, klinkt Psalm 98:

Zing voor de HEER een nieuw lied:
wonderen heeft Hij verricht.
Zijn rechterhand heeft overwonnen,
zijn heilige arm heeft redding gebracht.
De HEER heeft zijn overwinning bekendgemaakt,
voor de ogen van de volken zijn gerechtigheid onthuld.
Hij heeft gedacht aan zijn liefde en trouw
voor het volk van Israël.
De einden der aarde hebben het gezien:
de overwinning van onze God.
Juich de HEER toe, heel de aarde,
juich en jubel, zing het uit.
Zing voor de HEER bij de lier,
laat bij de lier uw lied weerklinken.
Blaas op de ramshoorn en de trompetten,
juich als de HEER, uw koning, verschijnt.
Laat bruisen de zee, met alles wat daar leeft,
laat juichen de wereld met haar bewoners.
Laten de rivieren in de handen klappen
en samen met de bergen jubelen
voor de HEER, want Hij is in aantocht
als rechter van de aarde.
Rechtvaardig zal Hij de wereld berechten,
de volken oordelen naar recht en wet.

Psalm 98:1-9

De eucharistie

De liturgie gaat verder met het vieren van de eucharistie. In het eucharistische gebed klinken woorden die ontleend zijn aan Filippenzen 1:6:

Ik ben ervan overtuigd dat Hij die dit goede werk bij u begonnen is, het ook zal voortzetten tot het voltooid is op de dag van Christus Jezus.

Filippenzen 1:6

Bij de herinnering aan het laatste avondmaal citeert de aartsbisschop de apostel Paulus.

... In de nacht waarin de Heer Jezus werd uitgeleverd nam Hij een brood, sprak het dankgebed uit, brak het brood en zei: ‘Dit is mijn lichaam voor jullie. Doe dit, telkens opnieuw, om Mij te gedenken.’ 
Zo nam Hij na de maaltijd ook de beker, en Hij zei: ‘Deze beker is het nieuwe verbond, dat door mijn bloed gesloten wordt. Doe dit, telkens als jullie hieruit drinken, om Mij te gedenken.’ Dus altijd wanneer u dit brood eet en uit de beker drinkt, verkondigt u de dood van de Heer, totdat Hij komt.

1 Korintiërs 11:23-26

Het eucharistisch gebed loopt uit op het Onzevader.

Onze Vader in de hemel,
laat uw naam geheiligd worden,
laat uw koninkrijk komen,
laat uw wil gedaan worden
op aarde zoals in de hemel.
Geef ons vandaag het brood
dat wij nodig hebben.
Vergeef ons onze schulden,
zoals ook wij vergeven
wie ons iets schuldig is.
En breng ons niet in beproeving,
maar red ons van het kwaad.
[Want aan U behoort het koningschap,
de macht en de majesteit,
in eeuwigheid. Amen.]

Matteüs 6:9-13

Het Agnus Dei gaat terug op wat Johannes de Doper over Jezus zei:

‘Daar is het lam van God, dat de zonde van de wereld wegneemt.’

Johannes 1:29

De dienst eindigt met de zegen, verschillende liederen en ten slotte het volkslied.

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.25.3
Volg ons