Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

Wie was Debora in de Bijbel?

Debora is de enige vrouwelijke rechter in het bijbelboek Rechters. Ze wordt ook profetes genoemd. Onder leiding van Debora en Barak verslaat het leger van Israël het leger van de Kanaänieten. Deze overwinning wordt ook bezongen in het lied van Debora.

De betekenis van de naam Debora

De naam Debora betekent: honingbij. In Rechters 4-5 wordt aan deze naam geen speciale betekenis toegekend.
Andere vrouwen in de Bijbel met de naam Debora zijn: de voedster van Rebekka (Genesis 35:8) en de (over)grootmoeder van Tobit (Tobit 1:8).

Rechter en profetes

Debora was getrouwd met Lappidot. Zij wordt rechter en profetes genoemd. Dat betekent dat zij gezag had en een belangrijke maatschappelijke en geestelijke functie vervulde. Debora trad op in het gebied tussen Rama en Betel, ten noorden van het huidige Jeruzalem. Ze sprak geen recht in de stadspoort, zoals gebruikelijk was, maar onder een boom, de zogenaamde Deborapalm.

Debora en Barak

Debora geeft namens God opdracht aan Barak een leger te vormen en te vechten met de Kanaänieten. Koning Jabin van Kanaän onderdrukt het volk van Israël al twintig jaar lang. Barak wil dit bevel alleen uitvoeren als Debora met hem meegaat. In reactie hierop voorspelt Debora dat de legeraanvoerder van de Kanaänieten gedood zal worden door een vrouw.
Barak en zijn mannen verslaan de Kanaänieten, maar hun legeraanvoerder Sisera springt van zijn strijdwagen en vlucht. Hij verstopt zich in de tent van Jaël en denkt dat hij daar veilig is. Maar als Sisera uitgeput in slaap valt, slaat Jaël een tentpin door zijn hoofd, zodat hij sterft.

Lied van Debora

In Rechters 5 vinden we het lied van Debora. Boven het lied staat dat Debora en Barak dit lied zongen, toen zij het leger van de Kanaänieten hadden verslagen. Het verhaal en het lied horen bij elkaar, maar ze leggen allebei hun eigen accenten.
Het lied in Rechters 5 gaat over de verschillende stammen van Israël die samen optrekken tegen de koning van Kanaän. Maar sommige stammen weigeren mee te vechten (Rechters 5:17). Het verhaal in Rechters 4 noemt maar twee stammen en legt de nadruk op het gezamenlijke leiderschap van de legeraanvoerder Barak en de profetes Debora.

 

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.26.9
Volg ons