Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

Woensdag 1 april

Bijbeltekst(en)

Leven met het oog op het koninkrijk van de hemel

1Toen Jezus deze rede beëindigd had, verliet Hij Galilea en ging Hij langs de overkant van de Jordaan naar Judea. 2Grote massa’s mensen volgden Hem, en Hij genas hen ter plekke. 3Toen kwamen er farizeeën op Hem af om Hem op de proef te stellen. Ze vroegen: ‘Mag een man zijn vrouw om willekeurig welke reden verstoten?’ 4Hij zei: ‘Hebt u niet gelezen dat de schepper de mens bij het begin mannelijk en vrouwelijk heeft gemaakt? 5En dat Hij gezegd heeft: “Daarom zal een man zich losmaken van zijn vader en moeder en zich hechten aan zijn vrouw, en die twee zullen één lichaam zijn”? 6Ze zijn dus niet langer twee, maar één. Wat God heeft verbonden, mag een mens niet scheiden.’ 7Toen vroegen ze Hem: ‘Waarom heeft Mozes dan voorgeschreven haar een scheidingsbrief te geven en haar zo te verstoten?’ 8Hij antwoordde: ‘Omdat u halsstarrig bent, daarom heeft Mozes u toegestaan uw vrouw te verstoten. Maar dat is niet vanaf het begin zo geweest. 9Ik zeg u dit: een man die om een andere reden dan ontucht zijn vrouw verstoot en met een ander trouwt, pleegt overspel.’

10Hierop zeiden zijn leerlingen: ‘Als het met de verhouding tussen man en vrouw zo gesteld is, kun je maar beter niet trouwen.’ 11Hij zei tegen hen: ‘Niet iedereen kan deze kwestie begrijpen, alleen degenen aan wie het gegeven is. 12Er zijn mannen die niet trouwen omdat ze onvruchtbaar geboren zijn, andere omdat ze door mensen onvruchtbaar gemaakt zijn, en er zijn mannen die niet trouwen omdat ze zichzelf onvruchtbaar gemaakt hebben met het oog op het koninkrijk van de hemel. Laat wie bij machte is dit te begrijpen het begrijpen!’

13Daarop brachten de mensen kinderen bij Hem; ze wilden dat Hij hun de handen zou opleggen en zou bidden. Toen de leerlingen hen berispten, 14zei Jezus: ‘Laat die kinderen, houd ze niet tegen, want het koninkrijk van de hemel behoort toe aan wie is zoals zij.’ 15En nadat Hij hun de handen had opgelegd, trok Hij weer verder.

Matteüs 19:1-15NBV21Open in de Bijbel

Regels zijn goed. Zonder regels zou het een puinhoop worden, in het verkeer of tijdens een wedstrijd. Maar regels zijn geen doel op zich. Het gaat – in het tekstgedeelte van vandaag – niet om de juiste redenen om te scheiden of om de scheidingsbrief. Jezus legt de farizeeën uit dat het helemaal niet Gods bedoeling was dat mensen zouden scheiden. Maar omdat het leven soms anders loopt, zijn er regels om mensen zo goed mogelijk te helpen of te beschermen. Kinderen vinden het soms ook heel moeilijk om zich aan de regels te houden. Als ouders zit je dan soms met je handen in het haar. Maar het gaat bij een kind toch ook niet om die regels? Je wilt een kind toch juist helpen en beschermen met die regels? Uit liefde! Daarom zegt Jezus: ‘Laat de kinderen bij me komen’ – uit liefde. Dat is het doel!

Vraag: Met welke regel had u als kind moeite? Begrijpt u het doel van die regel inmiddels?

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.21.9
Volg ons