Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

6 november - Rechters 9:42-57

Bijbeltekst(en)

Rechters 9

42De volgende dag gingen de inwoners van Sichem weer aan het werk op het land. Toen Abimelech hiervan op de hoogte werd gesteld, 43verdeelde hij zijn leger in drie groepen en stelde zich verdekt op in het veld. Zodra hij de mensen de stad uit zag komen, overviel hij hen. 44Terwijl Abimelech met zijn groep een aanval op de stadspoort deed en die bezette, overweldigden de twee andere groepen de mensen op het land. 45Na een dag van strijd nam Abimelech de stad in. Hij doodde er iedereen, maakte de stad met de grond gelijk en bestrooide de resten met zout. 46Toen de inwoners van Migdal-Sichem dit vernamen, trokken zij zich terug in de gewelven onder de tempel van El-Berit. 47Abimelech werd ervan op de hoogte gesteld dat de inwoners van Migdal-Sichem zich hadden verschanst. 48Hij ging met al zijn manschappen de Salmon op. Daar kapte hij met zijn bijl wat kreupelhout, legde de takken op zijn schouder en gaf zijn soldaten bevel vlug zijn voorbeeld te volgen. 49Ook de soldaten kapten allemaal een bos takken en volgden Abimelech terug naar beneden. Ze plaatsten hun takkenbossen bij de ingang van de gewelven en staken die in brand, zodat de mensen daarbinnen in de vlammen omkwamen. Zo vonden ook alle inwoners van Migdal-Sichem de dood, ongeveer duizend mannen en vrouwen.

50Enige tijd later trok Abimelech op tegen Tebes. Hij belegerde de stad en nam haar in. 51In het midden van de stad stond een versterkte toren, en daarin namen de burgers van de stad hun toevlucht, zowel mannen als vrouwen. Ze vergrendelden de poort en klommen naar het dak. 52Abimelech bestookte de toren van dichtbij. Toen hij de poort naderde om de toren in brand te steken, 53gooide een vrouw een maalsteen op zijn hoofd, waardoor zijn schedel werd verbrijzeld. 54Hij kon nog net zijn wapendrager roepen en vragen: ‘Trek je zwaard en dood mij, zodat er niet van mij gezegd zal worden: “Een vrouw heeft hem gedood.”’ Zijn wapendrager doorstak hem, en hij stierf. 55Toen het leger van Israël zag dat Abimelech dood was, keerden de soldaten naar huis terug.

56Zo vergold God Abimelech het kwaad dat hij tegen zijn vader had begaan door zijn zeventig broers te doden, 57en liet Hij ook het kwaad van de burgers van Sichem op hun eigen hoofd neerkomen. Zo werd de vloek van Jotam, de zoon van Jerubbaäl, aan hen voltrokken.

Rechters 9:42-57NBV21Open in de Bijbel
Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.39.0
Volg ons