Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

Stap 10 Wereldverbeteraar

Bijbeltekst(en)

Lucas 4

Jezus door de duivel op de proef gesteld

1Vervuld van de heilige Geest trok Jezus weg van de Jordaan. Hij werd door de Geest naar de woestijn geleid, 2waar Hij veertig dagen bleef en door de duivel op de proef gesteld werd. Al die tijd at Hij niets, en toen de veertig dagen verstreken waren, had Hij grote honger. 3De duivel zei tegen Hem: ‘Als U de Zoon van God bent, beveel die steen dan in een brood te veranderen.’ 4Maar Jezus antwoordde: ‘Er staat geschreven: “De mens leeft niet van brood alleen.”’ 5Toen bracht de duivel Hem naar een hooggelegen plaats en liet Hem in één ogenblik alle koninkrijken van de wereld zien. 6De duivel zei tegen Hem: ‘Ik geef U de macht over dat alles en ook de roem die ermee gepaard gaat, want ik kan daarover beschikken en ik geef het aan wie ik wil; 7als U in aanbidding voor mij neervalt, zal dat allemaal van U zijn.’ 8Maar Jezus antwoordde: ‘Er staat geschreven: “Aanbid de Heer, uw God, vereer alleen Hem.”’ 9De duivel bracht Jezus naar Jeruzalem, zette Hem op het hoogste punt van de tempel en zei tegen Hem: ‘Als U de Zoon van God bent, spring dan naar beneden. 10Want er staat geschreven: “Zijn engelen zal Hij opdracht geven om over U te waken.” 11En ook: “Op hun handen zullen zij U dragen, zodat U uw voet niet zult stoten aan een steen.”’ 12Maar Jezus antwoordde: ‘Er is gezegd: “Stel de Heer, uw God, niet op de proef.”’ 13Toen de duivel Jezus aan al deze beproevingen had onderworpen, ging hij voor een tijd bij Hem vandaan.

Optreden van Jezus in Nazaret

14Vervuld met de kracht van de Geest keerde Jezus terug naar Galilea. Het nieuws over Hem verspreidde zich in de hele streek. 15Hij gaf de mensen onderricht in hun synagogen en werd door allen geprezen. 16Hij kwam ook in Nazaret, waar Hij was opgegroeid, en volgens zijn gewoonte ging Hij op sabbat naar de synagoge. Toen Hij opstond om voor te lezen, 17werd Hem de boekrol van de profeet Jesaja overhandigd, en Hij rolde hem af tot de plaats waar geschreven staat:

18‘De Geest van de Heer rust op Mij,

want Hij heeft Mij gezalfd.

Om aan armen het goede nieuws te brengen

heeft Hij Mij gezonden,

om aan gevangenen hun vrijlating bekend te maken

en aan blinden het herstel van hun zicht,

om onderdrukten hun vrijheid te geven,

19om een genadejaar van de Heer uit te roepen.’

20Hij rolde de boekrol op, gaf hem terug aan de dienaar en ging weer zitten; de ogen van alle aanwezigen in de synagoge waren op Hem gericht. 21Hij zei tegen hen: ‘Vandaag is de schrifttekst die jullie gehoord hebben in vervulling gegaan.’ 22Allen betuigden Hem hun bijval en verwonderden zich over de genaderijke woorden die uit zijn mond vloeiden, en ze zeiden: ‘Dat is toch de zoon van Jozef?’ 23En Hij zei tegen hen: ‘Ongetwijfeld zullen jullie Me dit gezegde voorhouden: Geneesheer, genees uzelf. Doe alles waarvan wij gehoord hebben dat het in Kafarnaüm gebeurd is, ook hier in uw vaderstad.’ 24Hij vervolgde: ‘Luister, Ik zeg jullie dat geen enkele profeet welkom is in zijn vaderstad. 25Maar Ik zeg het jullie zoals het is: in de tijd van Elia, toen de hemel drie jaar en zes maanden lang gesloten bleef en er in het land een grote hongersnood uitbrak, waren er veel weduwen in Israël. 26Toch werd Elia niet naar een van hen gezonden, maar naar een weduwe in Sarepta bij Sidon. 27En in de tijd van de profeet Elisa waren er veel mensen in Israël met een huidziekte die hen onrein maakte. Toch werd niemand van hen gereinigd, maar wel de Syriër Naäman.’ 28Toen de aanwezigen in de synagoge dit hoorden, ontstaken ze in grote woede. 29Ze sprongen op en dreven Hem de stad uit, naar de rand van de berg waarop hun stad gebouwd was, om Hem in de afgrond te storten. 30Maar Hij liep midden tussen hen door en vertrok.

Lucas 4:1-30NBV21Open in de Bijbel

Onverbeterlijke wereldverbeteraars: je kent er vast een paar. Mensen die een ideale wereld voor zich zien en er alles aan doen om die ook werkelijkheid te laten worden. Jezus laat zich in deze tekst als zo’n wereldverbeteraar zien. Het is het eerste verhaal dat Lucas over Jezus vertelt nadat Hij gedoopt is. Tijdens die doop heeft God bevestigd dat Jezus zijn geliefde Zoon is. In de woestijn wordt die claim meteen op de proef gesteld. Volgens de duivel betekent ‘Zoon van God zijn’ vooral dat de hele schepping je op je wenken bedient. Maar in de woestijn én in de synagoge van Nazaret laat Jezus zien dat het precies andersom is: Hij is gekomen om de mensen te dienen.

Om dat concreet te maken, citeert Hij een oude belofte van God aan Israël (Jes. 61:1-2). De profeet Jesaja spreekt over Gods gezalfde, de messias. Hij heeft van God de opdracht gekregen om juist om te zien naar mensen die de wereld dreigt te vergeten. Mensen die aangewezen zijn op de voedselbank, mensen voor wie Amnesty brieven laat schrijven, mensen die kampen met handicaps of chronische ziekte, mensen die vanwege hun huidskleur of achternaam worden buitengesloten. ‘Hier ga ik iets aan doen,’ zegt Jezus, ‘vandaag nog!’ Net als veel andere wereldverbeteraars krijgt Jezus naast bijval ook spot en weerstand over zich heen. Maar Hij laat zich niet tegenhouden. Daarvoor is zijn missie te belangrijk.

Zien mensen in jouw omgeving Jezus ook als wereldverbeteraar of hebben ze vooral kritiek op Hem? Hoe zie jij dat zelf?
Tussen de woorden uit het boek Jesaja die je gisteren las en de scene in de synagoge van Nazaret liggen meer dan 500 jaar. Kun je toch overeenkomsten ontdekken tussen de twee teksten?

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.38.0
Volg ons