Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap
23 maart 2021

Wat is de Bijbel nog wel?

Door Franca Treur

Al jaren las ik niet meer in de Bijbel. Ik ben opgegroeid in een behoudende kerkelijke gemeenschap, waar we leefden met de Statenvertaling die meerdere malen per dag ter hand werd genomen. Dat heeft zo’n twee decennia geduurd en ik vond dat ik daarom mijn portie wel had gehad. Wanneer je besluit dat er geen God is die alles ziet, dat je vrij bent om te doen en te denken wat je wilt, dan ga je niet voor je plezier nog eens die hele Bijbel door. Ik las gewoon liever wat anders.

Een tijdje geleden kreeg ik van mijn ouders een eigentijdse Bijbelvertaling voor mijn verjaardag, opdat ik het hele verhaal van God en zijn uitverkoren volk nog eens met nieuwe ogen kon lezen. Zelf lazen ze ook al een tijdje uit de Bijbel in Gewone Taal.
Eerlijk gezegd vind ik het wel een beetje jammer dat ik niet meer de Statenvertaling te horen krijg als ik bij mijn ouders ben. Die oude taal is voor mij de taal van thuis, de taal van vroeger, toen de God van Israël nog zeventiende-eeuws Nederlands sprak. En die Bijbelvertaling voor mijn verjaardag hoefde van mij ook niet zo. Ik houd er niet van om ongevraagd christelijke boeken te krijgen, laat staan een Bijbel. Hoezo werk ik dan momenteel toch aan een boek over de Bijbel?

Magisch

Misschien besefte ik door het cadeau van mijn ouders ineens weer dat de Bijbelse verhalen een basis hebben gelegd voor mijn gevoel voor taal en het belang dat ik hecht aan woorden. Ik ben opgegroeid met het besef dat taal iets ‘magisch’ is. Dat kan ik alleen achteraf concluderen. Toen ik jong was dacht ik daar niet over na. Maar het is wel zo. Schiep God niet de hemel en de aarde met woorden? Hij sprak: ‘Er zij licht’ en warempel er wás licht. Bovendien was het Woord het belangrijkste genademiddel voor het verkrijgen van de zaligheid.

Hoogten en diepten

De beleving van het bevindelijk-gereformeerde geloof gaat bovendien samen met een taal die ook wel de tale Kanaäans genoemd wordt. Waar in de meeste kerken de geloofstaal zich, vaak in eigentijdse clichés, concentreert op de liefde van God en de wat simpele oproep om aardig voor anderen te zijn, raakt de tale Kanaäans van de bevindelijk-gereformeerden aan de hoogten en diepten van het geestelijke leven. ‘Er is nog balsem in Gilead’ zegt een gunnende dominee daar tegen een moedeloze verwonde ziel. En hij bidt: ‘Dek ons onder de schaduw van Uw vleugelen,’ waarna hij preekt over Gods raadsbesluit ‘in de stilte van de nooitbegonnen eeuwigheid.’ Wie die betoverde wereld verlaat, moet zijn heil wel zoeken in de literatuur.

Herinneringen

Het boek waaraan ik werk moet een antwoord worden op een andere vraag, mij consequent gesteld door gelovigen. Namelijk of ik toch nog wel erken dat de Bijbel een mooi (literair) boek is, los van de kwestie of de verhalen ook historisch betrouwbaar zijn. Maar ik had daar nooit echt een antwoord op. Van de Bijbel wist ik wat die voor mij niet meer is: een boek waarin God direct tot mij spreekt. Maar wat is de Bijbel nog wel?
Ik wil weten of de Bijbelse verhalen van vroeger me nu nog iets bieden. Of er voor mij nog iets te halen is in het boek dat me ooit zoveel vastigheid heeft geboden, en dat ik moest loslaten om me te kunnen bewegen, terwijl het voor nog zoveel mensen een richtsnoer is. Ook mensen die ik van dichtbij ken.
Nu ben ik nog helemaal niet zo ver met dit project. Maar tijdens het herlezen van de eerste verhalen in het Oude Testament herinner ik me ineens weer hoe wij vroeger in ons gezin op zondagavond met rode konen naar onze moeder luisterden, wanneer ze voor ons uit de kinderBijbel een wereld opriep die zoveel spannender was dan die waarin we zelf leefden. De wereld van Kaïn en Abel, Jozef in Egypte, Mozes, de verspieders van Jericho, David en Goliath. Zodra ze ophield met lezen riep er altijd wel iemand: ‘Verder, verder!’ Dat kan een eigentijdse vertaling doen.

Vertwijfeling en vertrouwen

Soms vliegt het me aan dat de Bijbelse teksten zoveel invloed hebben gehad op mensenlevens. Ze zijn verantwoordelijk voor een hoop vertwijfeling, aanvechting en zorgen. Maar ook voor troost en vertrouwen op een goede afloop. Ze hebben miljoenen mensen gemotiveerd om iets te doen of te laten, en daarmee de loop van de geschiedenis beïnvloed. Het is alleen daarom al absoluut zinnig om ze grondig te kennen.

Franca Treur
Schrijfster en freelance journaliste

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.26.9
Volg ons