Hond!
Wie in Bijbelse tijden met grote afkeer over een ander sprak, deed dat meestal door hem een hond te noemen. Honden waren vroeger doorgaans niet de trouwe viervoeters zoals we ze nu kennen, die door dierenliefhebbers met veel zorg omgeven worden. Het woord ‘hond’ was een scheldwoord, waarmee iemand zijn woede, frustratie of verontwaardiging over een ander kon uiten.
De straathond als vuilophaaldienst
Honden hebben in de Bijbel een bedenkelijke reputatie. Waakhonden, jachthonden en herdershonden werden goed behandeld, want die waren nuttig. Maar de meeste honden hadden geen eigenaar die voor ze zorgde. De honden liepen vrij rond in de buurt van steden, dorpen en gehuchten. Deze straathonden waren berucht om hun dagelijkse strooptochten op zoek naar eten. In de Oud-Israëlitische steden rekende men er zelfs op dat de straathonden etensresten en slachtafval opruimden. Een vuilophaaldienst bestond nog niet. Iets aan de honden geven was hetzelfde als ‘iets in de vuilnisbak doen’ (Exodus 22:30
Het negatieve imago van de hond
Het negatieve imago van de straathond speelt in de hele Bijbel een rol. Paulus heeft geen goed woord over voor zijn tegenstanders in de gemeente van Filippi, die de besnijdenis propageren. Hij noemt ze ‘honden’ (Filippenzen 3:2
Muurpissers
De boeken Samuel en Koningen verwijzen een paar keer naar de gewoonte van mannetjeshonden om tegen bomen, paaltjes en muren te piesen. Het woord ‘hond’ (kèlèv in het Hebreeuws) komt in deze teksten niet letterlijk voor, maar het is duidelijk welk dier is bedoeld. In 1 Samuel 25
Schelden in de Bijbel
Stoere soldaten laten in de Bijbel ongegeneerd merken hoe lelijk ze over een ander denken. En een man als Paulus kon kennelijk ook behoorlijk emotioneel uit de hoek komen. Hoewel de Bijbel in andere teksten heel duidelijk is – zelfbeheersing en respect voor elkaar zijn een groot goed – kunnen emoties soms hoog oplopen. De krachttermen vliegen over en weer. Dat is nu zo, en dat was vroeger niet anders. De mensen over wie in de Bijbel wordt verteld, zijn daar geen uitzondering op.