Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

XII. Jezus sterft aan het kruis

Bijbeltekst(en)

Johannes 19

25Bij het kruis van Jezus stonden zijn moeder en haar zus, en Maria, de vrouw van Klopas, en Maria van Magdala. 26Toen Jezus zijn moeder zag staan, en bij haar de leerling van wie Hij veel hield, zei Hij tegen zijn moeder: ‘Vrouw, dat is uw zoon,’ 27en daarna tegen de leerling: ‘Dat is je moeder.’ Vanaf dat moment nam die leerling haar bij zich in huis.

28Toen wist Jezus dat alles was volbracht, en om de Schrift geheel in vervulling te laten gaan zei Hij: ‘Ik heb dorst.’

Johannes 19:25-28NBV21Open in de Bijbel

Het kwaad en de dood zijn door heel de Bijbel heen met elkaar verbonden. Van Genesis tot de brieven van de apostelen. Het kwaad duwt de kwaliteit van het leven drastisch omlaag en verkort het leven. Het kwaad en de dood zijn de tegenstanders van God.

Het leven en de liefde komen van God, ze zijn ons gegeven. Toch lijkt in het leven de dood steeds het laatste woord te hebben. En iedereen vecht tegen het kwaad in zichzelf.

 

Stervend aan het kruis voelt ook Jezus dat de dood de overhand heeft. En rondom Hem is er alleen maar kwaad. Heel zijn leven heeft Hij God heel nabij gevoeld, als een Vader, als degene die Hem bezielde en kracht gaf. De liefde van God heeft Hij getoond door dienaar van mensen te zijn. Maar liefde en leven lijken nu zo ver weg. God, waar bent U?

 

Jezus is in handen van het kwaad rondom Hem. Het enige wat Hij nog kan doen, is zichzelf in Gods handen geven. En dat doet Hij. Hij geeft zijn leven uit liefde voor God en heel zijn schepping.

 

Heer, we worden er stil van.

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.23.1
Volg ons