Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap
Dagvers | Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

Kaal - Handelingen 21:15-26

Bijbeltekst(en)

Handelingen 21

Ontvangst in Jeruzalem

15Korte tijd later maakten we ons reisvaardig en gingen naar Jeruzalem. 16Enkele leerlingen uit Caesarea gingen met ons mee. Ze brachten ons naar Mnason, een Cyprioot die al vanaf het begin bij de leerlingen hoorde en bij wie we zouden verblijven. 17Bij onze aankomst in Jeruzalem ontvingen de gelovigen ons gastvrij.

18De volgende dag ging Paulus met ons naar Jakobus, bij wie alle oudsten waren samengekomen. 19Nadat Paulus hen begroet had, vertelde hij tot in bijzonderheden wat God door zijn verkondigingswerk onder de andere volken tot stand had gebracht. 20Toen ze dat hoorden, prezen en eerden ze God en zeiden: ‘Je hebt kunnen zien, broeder, dat ook vele duizenden Joden tot geloof zijn gekomen, en allen leven vol overtuiging volgens de wet. 21Nu is hun verteld dat jij de Joden die te midden van de andere volken wonen aanspoort tot ontrouw aan Mozes; je zou beweren dat ze hun kinderen niet hoeven te besnijden en dat ze zich niet aan de voorschriften hoeven te houden. 22Hoe weerleggen we dit? Ze zullen ongetwijfeld horen van je komst. 23Doe daarom wat wij je zeggen. Er zijn bij ons vier mannen die een gelofte hebben afgelegd. 24Neem hen met je mee, laat je samen met hen reinigen en betaal voor hen de kosten van de offers, waarna ze hun haar kunnen laten afscheren. Dan zal iedereen inzien dat de verhalen die over jou worden verteld onwaar zijn, en dat ook jij doet wat de wet voorschrijft. 25De niet-Joden die tot geloof gekomen zijn hebben we schriftelijk op de hoogte gesteld van onze beslissing dat ze zich in acht moeten nemen voor vlees dat bij de afgodendienst is gebruikt, voor bloed, voor vlees waar nog bloed in zit, en voor ontucht.’ 26Daarop nam Paulus de vier mannen met zich mee. De volgende dag liet hij zich samen met hen reinigen en ging de tempel binnen, waar hij bekendmaakte wanneer de reinigingsperiode zou aflopen, zodat daarna voor ieder van hen het offer gebracht kon worden.

Handelingen 21:15-26NBV21Open in de Bijbel

In het Nieuwe Testament wordt volop verwezen naar het Oude Testament. Zo zijn er vele verhalen te vinden te lijken op iets wat in het Oude Testament gebeurde of je vindt verwijzingen naar de Wet. De mensen in die tijd kenden natuurlijk alleen het Oude Testament en voor hen waren die verwijzingen heel logisch: het was de taal die zij goed kenden.
Eerder lazen we al in Handelingen 18:18 dat Paulus zijn hoofdhaar liet scheren omdat hij een gelofte aan God had gedaan. Hier wordt opnieuw genoemd dat een aantal Joodse christenen hun haar laten scheren. Het is een fysiek teken waardoor aan iemand te zien was dat hij een gelofte aan God had gedaan. Dit gebruik komt uit Numeri 6:18-21, waarbij het lange haar eerst een teken is van iemands belofte om de Heer te dienen. Na het scheren van haar, moet in de tempel het haar in het vuur worden gegooid van het offer van het feestmaal.

Heb jij weleens een belofte aan God gedaan?  En zo ja, is dit ook fysiek zichtbaar geweest? 

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.38.0
Volg ons