Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

Misschien heeft het zo moeten zijn?

Almatine Leene - Theoloog, schrijver en predikant van de Open Poort in Hattem

Bijbeltekst(en)

Ester 4

4Esters dienaressen en de eunuchen die haar dienden, brachten Ester op de hoogte. De koningin was hevig geschokt en liet Mordechai kleren brengen, opdat hij die zou dragen in plaats van zijn rouwkleed. Maar hij wilde ze niet aannemen.

5Toen ontbood Ester Hatach, een van de eunuchen die de koning haar als persoonlijke dienaar had gegeven. Ze droeg hem op uit te zoeken wat de reden was van Mordechais gedrag. 6Dus ging Hatach naar Mordechai, die op het stadsplein voor de Koningspoort stond. 7Mordechai vertelde hem alles wat hem was overkomen. Ook wist hij hem precies mee te delen hoeveel zilver Haman beloofd had te zullen afdragen aan de koninklijke schatkist als hij de Joden mocht uitroeien. 8Bovendien gaf hij hem een afschrift van de wet die in Susa was uitgevaardigd, waarin stond dat ze moesten worden omgebracht. Dat moest Hatach aan Ester laten zien om haar op de hoogte te brengen. ‘En,’ zei hij, ‘verzoek haar met klem naar de koning te gaan. Ze moet hem om genade smeken en bij hem voor haar volk pleiten.’ 9Hatach ging naar Ester terug en bracht haar Mordechais woorden over. 10Ester droeg Hatach op om Mordechai het volgende te antwoorden: 11‘Alle dienaren van de koning en de inwoners van alle provincies van het koninkrijk weten dat er maar één wet geldt voor iedere man of vrouw die zonder ontboden te zijn naar de koning gaat en in de binnenhof komt: die persoon wordt ter dood gebracht. Alleen degene wie de koning zijn gouden scepter toesteekt, brengt het er levend af. Wat mijzelf betreft, ik ben nu al in geen dertig dagen bij de koning ontboden.’ 12Esters woorden werden aan Mordechai overgebracht. 13Toen liet Mordechai het volgende antwoord aan Ester geven: ‘Beeld je maar niet in dat jij, omdat je in het koninklijk paleis woont, als enige van alle Joden zult ontkomen. 14Als jij nu zwijgt, nu het moment daar is, komt er van een andere kant wel uitkomst en redding voor de Joden. Maar jij en je vaders familie komen dan om. Wie weet ben je juist koningin geworden met het oog op een tijd als deze.’

Ester 4:4-14NBV21Open in de Bijbel

In de Bijbel vind je een heel aantal vrouwen die een belangrijke en zelfs onmisbare rol spelen. Naar een van hen is een Bijbelboek vernoemd: Ester.

Haar verhaal is om drie redenen bijzonder. Allereerst omdat zij als weesmeisje uitgekozen wordt als koningin. Dat klinkt bijna als een sprookje, maar het verhaal is helemaal niet zo romantisch. Want al snel blijkt dat haar volk zal worden uitgeroeid. De tweede reden die het verhaal bijzonder maakt is dat haar neef Mordechai dan iets groots van haar vraagt. Hij zegt: ‘Misschien heeft het wel zo moeten zijn? Misschien moest jij koningin worden om je volk te redden?’ Ester neemt die woorden ter harte. Ze besluit de koning te vragen om haar volk niet uit te roeien. Ze brengt daarmee haar eigen leven in gevaar, want uit jezelf naar de koning gaan kan de doodstraf betekenen. Je kunt hierin al iets zien van wat Jezus gaat doen: sterven aan het kruis om anderen te redden.

Ester blijft trouwens in leven en haar volk ook. Maar ze kan een inspiratie zijn voor hoe wij leven. Ik geloof dat God ons wil gebruiken en dat het ook iets kan kosten. De vraag die Mordechai stelt kun je ook aan jezelf stellen. Wie ben jij en hoe kun je dat inzetten voor het goede? Ester inspireert mij in elk geval: in mijn werk als predikant wil ik er graag zijn voor mensen. En ik wil opkomen voor mensen die te maken hebben met onrecht. Dat vraagt moed. Ik geloof dat Ester die moed van God kreeg. En dat is de derde reden waarom dit Bijbelboek zo bijzonder is. Gods naam wordt nergens genoemd, maar ondertussen merk je aan alles dat God er is. Zo merk ik in mijn eigen leven ook niet voortdurend iets van God, maar ik geloof wel dat Hij er is.

Almatine Leene – Theoloog, schrijver en predikant van de Open Poort in Hattem

Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.26.9
Volg ons