Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

2 september - Ezechiël 13:1-16

Bijbeltekst(en)

Ezechiël 13

1De HEER richtte zich tot mij: 2‘Mensenkind, klaag alle profeten van Israël aan die het nog wagen te profeteren; zeg tegen de profeten die op eigen gezag spreken: “Luister naar de woorden van de HEER! 3Dit zegt God, de HEER: Wee de verdwaasde profeten die hun eigen ingevingen volgen zonder iets te hebben gezien! 4Israël, je profeten zijn als jakhalzen die leven tussen de ruïnes. 5Ze zijn niet in de bres gesprongen voor hun volk, ze hebben er geen muur omheen gebouwd waardoor het op de dag van de HEER in de strijd zou kunnen standhouden. 6Hun visioenen zijn bedrieglijk, hun voorspellingen zijn vals. Ze zeggen: ‘Zo spreekt de HEER ...’ – terwijl ze niet door de HEER gezonden zijn. En dan verwachten ze nog dat er iets van hun woorden bewaarheid wordt!

7-8Is het niet zo – zegt God, de HEER – dat jullie visioenen bedrieglijk zijn en jullie voorspellingen vals? Jullie zeggen: ‘Zo spreekt de HEER ...’ – terwijl Ik niets heb gezegd! Omdat jullie woorden bedrieglijk zijn en jullie visioenen vals, keer Ik me tegen jullie – spreekt God, de HEER.

9Ik hef mijn hand op tegen de profeten met hun bedrieglijke leugens en valse voorspellingen. Ze zullen uit de gemeenschap worden gestoten. Ze zullen niet meer ingeschreven staan in de boeken van het volk van Israël, en het land van mijn volk zullen ze niet meer binnengaan. Dan zullen jullie beseffen dat Ik God, de HEER, ben. 10De profeten hebben mijn volk op een dwaalspoor gebracht toen ze zeiden dat het vrede zou blijven, en mijn volk bouwde muren die door de profeten met witkalk werden bepleisterd – maar het bleef geen vrede. 11Zeg daarom tegen die witkalkers dat hun muur zal instorten. Als er slagregens komen, als er hagelstenen neerkletteren, als er een stormwind losbreekt 12en de muren instorten, zal er dan niet worden gezegd: ‘Waar is jullie pleisterwerk gebleven?’ 13Daarom – dit zegt God, de HEER – Ik zal in mijn woede een stormwind laten losbreken en slagregens doen neerslaan, Ik zal hagelstenen laten neerkletteren in mijn allesverwoestende toorn. 14Ik haal de witgepleisterde muren omver, ze zullen instorten en hun fundamenten zullen bloot komen te liggen. De stad zal in puin vallen en jullie zullen omkomen. Jullie zullen weten dat Ik de HEER ben. 15Ik zal mijn woede koelen op de muren en op de witkalkers, Ik zeg jullie dat de muren zullen verdwijnen samen met hen die ze hebben bepleisterd: 16de profeten van Israël met hun profetieën over Jeruzalem, die visioenen hadden van vrede terwijl het geen vrede zou blijven – zo spreekt God, de HEER.”

Ezechiël 13:1-16NBV21Open in de Bijbel
Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.39.0
Volg ons