Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap

19 juni - Psalm 37:25-40

Bijbeltekst(en)

Psalmen 37

25Ooit was ik jong, nu ben ik oud,

en nooit zag ik dat een rechtvaardige werd verlaten,

nooit zag ik zijn kinderen zoeken naar brood;

26hij is vol mededogen en leent uit, elke dag,

en zijn nageslacht is een bron van zegen.

27Mijd het kwade en doe het goede,

en je zult voor eeuwig wonen in het land,

28want de HEER heeft gerechtigheid lief,

wie Hem trouw zijn, verlaat Hij niet.

Zij blijven voor eeuwig behouden,

maar het nageslacht van zondaars wordt verdelgd.

29De rechtvaardigen zullen het land bezitten

en het bewonen, hun leven lang.

30De mond van de rechtvaardige spreekt wijsheid,

zijn tong spreekt gerechtigheid,

31hij draagt de wet van God in zijn hart

en zijn voeten struikelen niet.

32De zondaar loert op de rechtvaardige

en zoekt een kans om hem te doden,

33maar de HEER laat zijn dienaar niet los:

wordt hij aangeklaagd, vrijspraak zal volgen.

34Vestig je hoop op de HEER

en blijf op de weg die Hij wijst,

Hij zal je aanzien geven en grondbezit,

je zult beleven dat zondaars worden verdelgd.

35Ik heb een zondaar gezien, een uitbuiter,

hij groeide uit als een woekerende laurier;

36op een dag was hij verdwenen,

ik zocht hem en ik vond hem niet.

37Zie de onschuldigen, kijk naar de oprechten:

wie vredelievend zijn hebben de toekomst.

38Maar zondaars worden verdelgd,

er is geen toekomst voor een slecht mens.

39De rechtvaardigen vinden redding bij de HEER,

Hij is hun toevlucht in tijden van nood.

40De HEER heeft hen altijd geholpen en bevrijd,

Hij bevrijdt hen ook nu van de zondaars, Hij redt hen,

want zij schuilen bij Hem.

Psalmen 37:25-40NBV21Open in de Bijbel
Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschapv.4.39.0
Volg ons