Genesis is het eerste boek van de Pentateuch
Genesis bevat het verhaal over het ontstaan van de wereld, de mensheid en Israël. Het grootste deel van het boek is gewijd aan de voorgeschiedenis van het volk van Israël.
Het boek Genesis dankt zijn naam aan titel van het boek in de Septuaginta
De titel in de Hebreeuwse Bijbel is Beresjiet, ‘In het begin’. Dat is het eerste woord van het boek.
Het boek Genesis maakt door middel van verhalen duidelijk dat:
Als een rode draad loopt door deze verhalen de toezegging van God dat hij Israël tot een groot volk zal maken en een eigen land zal geven.
Het boek bevat vooral verhalen, maar ook geslachtsregisters, poëtische passages, zegenspreuken en vervloekingen. De verhalen worden op een levendige manier verteld, en de lezer kijkt met verschillende verhaalpersonages mee. De poëtische teksten worden gekenmerkt door een verheven stijl, bondigheid en grote zeggingskracht. De geslachtsregisters zijn zakelijk.
Het boek Genesis is het resultaat van een lang proces van overleveren en redigeren. Volgens de moderne opvatting is dit proces afgesloten tijdens de Babylonische ballingschap
Vanaf de tijd van Ezra en Nehemia (rond 450 voor Christus) werden de boeken van de Pentateuch
Tegenwoordig nemen de meeste wetenschappers aan dat het boek Genesis in zijn huidige vorm het resultaat is van een langdurig proces van overleveren van oude tradities en het op schrift stellen daarvan. Gedurende dit proces werden dan de oudere teksten ook bewerkt en aangevuld met latere teksten. Het redactieproces zou begonnen zijn in de tijd van de koningen van Israël en Juda (ongeveer 1000-586 voor Christus) en afgesloten in de Joodse gemeenschap in de tijd van de tweede tempel (na 515 voor Christus).
In het boek Genesis zijn twee delen te onderscheiden:
In Genesis 1-11
In Genesis 11-50
Een belangrijk thema in deze verhalen is de belofte van nakomelingschap en de bedreiging daarvan door kinderloosheid. Opvallend is dat de belofte niet via de oudste zoon vervuld wordt (Genesis 21:2 en Genesis 27:1-45).