Een varken, kalf en geit

De drie dieren in het verhaal zijn goed uitgekozen door Jezus. Een varken is een onrein dier, daarom eten Joodse mensen geen varkens. Dus als een Joodse man een varkenshoeder was en zelfs het varkensvoer wilde eten, deed hij iets dat niet mocht volgens de wet.

Geiten en kalveren zijn wel reine dieren. Maar het ene dier was veel meer waard dan het andere. Een geit was een goedkoop dier, nog goedkoper dan een schaap. Een kalf was veel duurder.

De vader slacht dus een duur kalf voor de jongste zoon die er vandoor gegaan was. Maar de oudste zoon zegt dat hij nog niet eens een goedkoop geitje gekregen heeft van zijn vader.