Route 2, Stap 9: Jakob en Esau
Abraham, Isaak en Jakob
Jakob en Esau zijn zoons van Isaak. Isaak is zelf weer een zoon van Abraham. Over Abraham en de geboorte van Isaak kun je lezen in Route 1 Stap 1-8, Genesis 12-23. Omdat uit Abraham, Isaak en Jakob het volk van Israël voortkomt, worden zij ook wel de aartsvaders of voorvaders genoemd.
De soep is rood
Jakob en Esau
Jakob wil de eerste zijn
Linzensoep
Esau verkocht Jakob zijn deel van de erfenis voor een kom linzensoep. Maak zelf ook linzensoep!
Route 2, Stap 9, Afsluiting
Stap 10 staat op pagina xxxx.
Twee volken
De verhalen over Jakob en Esau vertellen niet alleen iets over het leven van de twee broers zelf. Ze laten ook zien hoe uit Jakob en Esau twee verschillende volken zijn ontstaan: de Israëlieten en de Edomieten.
Wat verkocht Esau aan Jakob?
Esau was de oudste zoon van Isaak en Rebekka. In de tijd van de Bijbel had de oudste zoon recht op een erfenis die dubbel zo groot was als die van zijn broers en zussen. Dat werd het ‘eerstgeboorterecht’ genoemd. Je kunt over deze bijzondere erfenis lezen in Deuteronomium 21:17. Esau verkocht dat eerstgeboorterecht aan Jakob. Daardoor had hij geen recht meer op een dubbel zo grote erfenis.